Voormalig Olympisch roeier Govert Viergever weet als geen ander hoe belangrijk het is om álles uit je lichaam te halen. Als relatief kleine atleet moest hij jarenlang concurreren met grotere en zwaardere tegenstanders, wat hem dwong tot een wetenschappelijke, systematische benadering van voeding en herstel. Inmiddels past hij die kennis toe op anderen via zijn bedrijf Human Upgrade, waarmee hij mensen begeleidt naar optimale gezondheid en prestaties. “
Je lichaam is geen gokmachine,” zegt Govert. “Je kunt veel preciezer werken dan de meeste mensen denken.”


Geen one-size-fits-all

Volgens Govert is het achterhaald om algemene voedingsadviezen te volgen. “Wat voor de één werkt, kan bij de ander leiden tot darmklachten, vermoeidheid of zelfs mentale problemen.” Hij pleit voor een volledig gepersonaliseerde aanpak. In het verleden testte hij zelf allerlei methoden, van eliminatiediëten tot voedingsdagboeken. “Maar uiteindelijk realiseerde ik me: je kunt meten wat je nodig hebt. Waarom zou je dat niet doen?”

Met bloed- en DNA-tests kunnen voedingsstoftekorten en genetische kwetsbaarheden in kaart worden gebracht. Een bekend voorbeeld is het MTHFR-gen, dat ervoor zorgt dat sommige mensen vitamine B9 (foliumzuur) minder goed omzetten. “Zet je die mensen op een vegetarisch dieet, dan kan dat op termijn tot problemen leiden, ook al lijkt het op papier gezond,” aldus Govert.


Voeding op basis van je genen

Govert legt uit dat genen niet allesbepalend zijn, maar wel richting kunnen geven. “Je DNA toont je aanleg – het is een routekaart. Of een risico zich daadwerkelijk manifesteert, hangt af van je leefstijl, voeding en omgeving.” Eén enkele meting kan al veel inzichten opleveren. “Je hoeft je DNA maar één keer te testen. De gegevens blijven je hele leven relevant.”

Zelf heeft hij genen die invloed hebben op lactoseverwerking én op zijn behoefte aan bepaalde dierlijke eiwitten. “Voor mij werkt kwark dus niet, ook al wordt het vaak gepromoot als gezonde keuze.”


De kracht van darmflora en neurochemie

Naast genen zijn ook de darmflora en de neurochemie van groot belang. “Je kunt meten welke bacteriën ontbreken en daar gerichte voeding op inzetten – bijvoorbeeld bonen, haver of inuline-rijke producten.” En dan is er nog de invloed van voeding op je mentale staat. “Bijvoorbeeld een serotoninetekort kun je via testen koppelen aan lage tryptofaanwaarden. Dan weet je: daar kun je via voeding iets aan doen.”


Meten, maar ook voelen

Hoewel Govert sterk leunt op data, erkent hij ook het belang van intuïtie en ervaring. “Soms voel je je top, terwijl je herstelscore laag is. Maar ik heb geleerd naar die signalen te luisteren. Mijn Oura-ring heeft me al meerdere keren geholpen om overbelasting, ziekte of blessures voor te zijn.”

Zijn boodschap is duidelijk: “Testen is geen overbodige luxe. Het is een investering in jezelf.”