De opname van mineralen uit voeding hangt af van vijf factoren. Jan Blaauw legt het uit in een radio-interview. Beluister het via de balk hieronder.

  1. Kwaliteit van je spijsvertering
    Als spijsvertering niet optimaal functioneert, komen mineralen niet op de juiste plek terecht.
  2. Type ingenomen voeding
    Sommige vezels kunnen maken dat mineralen niet goed worden opgenomen. Fytinezuur in granen kan mineralen aan zich binden, zoals: Zink en calcium. Het fytinezuur uit granen wordt bij het maken tot brood weer grotendeels onwerkzaam gemaakt.
  3. Mineralenbalans
    Als je eenzijdig één mineraal veel binnenkrijgt, bestaat de kans dat de balans verstoord raakt. Zo gaat een zinkoverschot ten koste van koper.
    Heeft het lichaam een overschot aan mineralen in het lichaam of juist een tekort
  4. Zuurgraad van je voeding
    Gefermenteerde voeding maakt dat voedingsstoffen beter ter beschikking komen. Maagzuurremmers kunnen de opname van mineralen remmen.
  5. Vorm van mineralen bepaalt de opname
    Het lichaam kan mineralen in plantaardige voeding en vlees beter benutten. Daarin zijn de mineralen veranderd.
    Veel van ons lopen kans op tekort aan selenium. Onze grond lijkt arm aan dit mineraal. Goede bronnen van selenium zijn paranoten. Vier noten per dag zou al voldoende zijn om de benodigde hoeveelheid daarvan binnen te krijgen. Selenium is een antioxidant die zware metalen helpt verwijderen. Het is belangrijk voor de jodiumstofwisseling en de aanmaak van schildklierhormoon.

Door te variëren in je voeding zorg je dat je je lichaam alle verschillende stoffen geeft. Daarmee voorkom je dat je teveel of te weinig van iets binnenkrijgt.   

Informatie van Juglen Zwaan
over bronnen mineralen

Bronnen en aanbevolen hoeveelheden van mineralen zijn:

NutriëntBronnenADH (volwassenen)
CalciumMelkproducten, bladgroenten, broccoli2000–2500 mg
fosforZalm, yoghurt, kalkoen700 mg
MagnesiumAmandelen, cashewnoten, zwarte bonen310–420 mg
NatriumZout, bewerkte voeding2300 mg
ChlorideZeewier, zout, selderij1800–2300 mg
KaliumLinzen, eikelpompoen, bananen4700 mg
ZwavelKnoflook, uien, spruitjes, eieren, mineraalwaterNiet vastgesteld

Bronnen van spoorelementen en de aanbevolen hoeveelheden zijn:

NutriëntBronnenADH (volwassenen)
IJzerOesters, witte bonen, spinazie8–18 mg
MangaanAnanas, pecannoten, pinda’s1,8–2,3 mg
KoperLever, krab, cashewnoten900 mcg
ZinkOesters, krab, kikkererwten8–11 mg
JodiumZeewier, kabeljauw, yoghurt150 mcg
FluorideFruitsap, water, krab3–4 mg
SeleniumParanoten, sardines, ham55 mcg